... | |||
Reuringgedichtenavond Atelier9en40 - 11-11-2013 Reuringgedichtenavond 'Poetry can be shocking' bij Atelier9en40 - maandag 11-11-2013 - aanvang: 20 uur. 
De novemberaflevering van de literaire avond van dichterscollectief Reuring vindt bij uitzondering plaats in Atelier9en40, Nieuwlandersingel 49, Alkmaar. Op het programma staan onder andere de Haarlemse protestzanger Hans Jansen, dichters Frans Terken en Joop Scholten in duopresentatie en de Zaanse stadsdichter Mandy Pijl, gevolgd door benjamin Thijs de Lange. Galeriehoudster Alja Spaan opent de avond en leidt zanger Hans Jansen in, deze merkt op eigenlijk bewustzijnszanger te zijn, zijn teksten beogen het bewustzijn te verruimen. 'Geloof in voorbestemming, de geest, iedereen gelooft in alles... .' De bebaarde zanger met sluik melkboerenhondenhaar zingt met berookte stem zijn hippietekst bij een eenvoudige drie-akkoorden-begeleiding op gitaar. Gastvrouw Alja merkt terloops op dat het goed klinkt, waarop de protestzanger aangeeft even de tijd nodig te hebben om op gang te komen. 'Wat zie je er mooi uit in je zomerjurk, vlinders fladderen in mijn onderbuik .... droom er maar op los.' Zoals het een artiest betaamt zoekt Jansen de ruimte van de verbeelding op. Er volgt een lied over de hertenjacht: 'Blijf met je poten van de herten af, alleen omdat ze overleven worden ze gestraft'. Hans Jansen toont gedrevenheid als protestzanger en breekt een lans voor de natuur die puur is en niet door de machtshonger van de mens moet worden bezoedeld. De romanticus zoekt de vrijheid en vindt deze in het protestlied dat in z'n openhartigheid het publiek deelgenoot maakt van vrijdenkersgeest. Een vergelijking met de linkse thema's van het Alkmaars straatorkest is op zijn plaats. Zowel tekst als muziek staan haaks op de geest van het huidige no-nonsense-tijdperk en wekken in de salon van het Alkmaarse herenhuis onder het al wat oudere publiek wellicht weemoedige gedachten aan de jaren zestig en zeventig op. 'Kind van de rekening, nog niet besmeurd door leugens.' De zanger gaat lang door met zijn uiteenzetting en trakteert zijn gehoor op gevoelige observaties, met als conclusie 'Een vrije wil is ongepast'. De betere performer weet zijn publiek overtuigend te raken. De Leidse dichter Frans Terken en Amsterdammer Joop Scholten presenteren hun gedichtenwisseling. Gastvrouw Alja merkt op beide heren bij De Haarlemse Dichtlijn te hebben ontmoet. Terken en Scholten corresponderen sinds mei 2008 via poëzie met elkaar. Het thema van de gepresenteerde gedichtenserie is Leven en dood, over een onbekend land en wat ons daar te wachten staat. In de teksten wordt het levensverhaal verkend als een reis met een herinnering aan een broer die stierf voor de eigen geboorte, de autobiografische drijfveer van de grijzende dichter Scholten. Ook Terken diept herinneringen op - flarden van vroeger - als om het verleden te verwerken en te eren. De dichters veredelen de eigen levensgeschiedenis in taal en vergaren in de kleine provinciale salon hun culturele glans. Een gemoedsbeweging wordt metaforisch in verband gebracht met de dans van een kraanvogel. Scholten aan Terken: 'Je bent vrij om te gaan waar je wilt, als het moet tot in Isfahan'. De dichters reageren bij briefwisseling op elkaars poëzie en complementeren elkaars verhaal. De teksten zijn na te lezen op een internetblog. Salonhoudster Alja had graag gezien dat de gedichten in een bundel waren verschenen, de uitgeverij waarmee de dichters contact hadden blijkt echter ter ziele. Er volgt een pauze in het programma, waarin een glas wijn te verkrijgen is bij de bar die bemand wordt door de zoon des huizes. Na de pauze volgt een tweede optreden van zanger Hans Jansen, die vooraf zijn boekwerkje De Egoïst over leven en werk van filosoof Max Stirner aanprijst als inspiratiebron. Jansen merkt op jarenlang alleenstaande minderjarige asielzoekers te hebben begeleid en heeft een lied over hen geschreven. 'Net als iedereen wil hij geluk en waardigheid, wie ben jij dat je hem dit streven belet ? Wat is hier aan de hand, wat is het sociaal gezicht van Nederland ?' De zanger toont zich een gedreven welzijnswerker die zijn indringende boodschap pakkend weet te brengen. Een volgend nummer is doorspekt met de love-and-peace-boodschap uit het flowerpowertijdperk. 'Ik wil alleen maar liefde en empathie, donder op met je hebzucht, donder op met je gebrek aan fantasie.' Dan is het woord aan Mandy Pijl, stadsdichter van Zaanstad. 'Alleen van dichtersblues kan ik niet leven, dus trek ik hem geregeld uit de kast ... ik was graag rock-and-roll geweest, dichter van de rebellie - waar geen plek is voor anarchie, mijn Ikea-keuken in Uitgeest.' Mandy merkt op dat haar gedichten autobiografisch zijn, uit angst ontstaan, 'In dat kwellen knelt de kater'. Bij haar komt het schrijven van gedichten voort uit een familietraditie, waarbij het zeker niet om vrolijke rijmpjes ging. Mandy hanteert de ambachtelijke rijmende versvorm en valt op door de verzorgde presentatie van haar werk. Thijs de Lange - die zichzelf de titel jeugdstadsdichter van Zaanstad aanmeet - brengt met veel enthousiasme zijn geestrijk verhaal waarbij verrassende observaties en humor opvallen. Vaste salonbezoeker Harry Freijters brengt een gelegenheidsgedicht, dat hij zojuist tijdens de literaire avond schreef. 'Drielinggedicht .. de laatste egoïst van Alkmaar, tweestrijd over de laatste strofe, angst lijkt een passiespel.' Freijters - gestoken in het nette blauwe pak - weet ons te trakteren op charmante diepzinnigheid. Dan leest Leidenaar Joop Scholten gedichten zonder titel met als thema solanum tuburosum (nachtschade, aardappel) over het knolgewas, 'hier worden de eeuwen verteerd, hij zal zijn God dankzeggen voor de oogst maar in de nacht alleen met zijn gedachten huivert hij'. Compagnon Terken leest uitvoerig uit het tijdschrift De brakke hond waarin een poëtisch universum met rijke zintuigelijke observaties in barokke taal wordt onthuld. Dan is het tijd voor de laatste set van zanger-gitarist Hans Jansen, waarbij deze bekent veel met het openbaar vervoer te reizen. Het lied In de nachttrein naar Parijs volgt waarin een platonische verliefdheid op een medepassagier het onderwerp is. Na uit deze droom te zijn ontwaakt wordt een wending gemaakt naar de politiek. Een protestlied over Wilders volgt, met oprechte verontwaardiging over geperverteerde waarheid en onrecht en onvrijheid in het spoor van de populistische politiek, medeleven zonder empathie, 'je hebt het over criminelen maar zelf ben je net zo'n dief - eenheid ofwel geen vreemdelingen meer, je hebt het over waarheid maar verdraait die telkens weer'. Tegen het eind van de avond is er mogelijkheid voor de Reuringdichters om op te treden. De gasten uit Leiden en Zaanstreek gaan naar huis en krijgen als geschenk een gedichtenbundel van gastvrouw Alja mee. Als eerste neemt Jeremy Keighley het woord, hij memoreert het feit dat hij zes jaar geleden voor het eerst optrad bij Alja en dat hij dat sindsdien enkele keren heeft gedaan, vanavond voor de laatste keer in de salon van Atelier9en40. Ook Keighley maakt zijn eigen omzwervingen die hij in nauwkeurige observaties en gevoelige herinneringen weet te vatten. Het verhaal van een Engelsman die in Nederland gaat wonen, waarbij het fietsen in het laagland een avontuur is, met het familieleven sympathiek op de achtergrond. Reuringdichter Paul Hof leest 'In haar bijzijn ... schaamte trekt haar kleren uit met een lach om haar mond, de kracht van de man zit in de macht van zijn orgaan om bij de juiste uit te komen'. Hof probeert zijn levensverhaal te mystificeren, een levensgenieter te zijn die avontuur zoekt. 'Gestopt met werken rijd ik op een os door de bergen, het vermogen bezittingen achter te laten is wat ik meeneem.' Zoals bij vele dichtersavonden dreigt er overschrijding van de geplande eindtijd van het programma, zeker omdat het aantal dichters in de salon bijna even groot is als het aantal aanwezigen, dat na het wegggaan van de Leidse en Zaanse delegatie is afgenomen tot iets meer dan tien personen. Intimiteit in het delen van kunstige waarden op de onmogelijke maandagavond in het Alkmaarse herenhuis. Een bevriende dichteres heeft een gedicht gemaakt dat is opgedragen aan het huis: 'Ruimte stapelde zich in de kamers waar wij onze voeten plaatsten, staan wij als een huis'. De volgende Reuringavond op de tweede maandag van december, wordt gehouden bij restaurant Koekenbier. Gastvrouw Alja Spaan bedankt eenieder voor zijn of haar aanwezigheid.   Felix Hogeboom Je moet ingelogd zijn om reacties te kunnen geven op deze site. Log eerst in of meld je aan Klik hier om aan te melden | |||
Vacuüm Cultuurnetwerk Alkmaar - 2017 |